dinsdag, september 05, 2006

Marararn Garhararar

Geen verrassing natuurlijk. vd Baan toont zich zelf wat lakoniek: “Nou, geen Menière, hè? dan blijft er toch weinig over dan dit voor lief te nemen, net als vele anderen trouwens.” Het gesprek duurt nog een tijdje, maar ik weet het al: tot hier en niet verder. Géén oorzaak en géén oplossing dus. Kan ik hoogstens nog een sterrenwichelaar of een kruidendokter overwegen, of in een noodgeval een medium (“ ... Ja ... en hij zegt ... dat het helemaal ... goed komt ... ja ... góed komt met je oren ...” “Nee het is er maar één, m’n rechter!” “... Je oor!” Daar wachten we nog maar even mee.